Als er íemand is die weet hoe je overleeft in extreme kou, dan zijn het wel veteranen van het Korps Mariniers. Overste Ben Vlasman vertelt over snow holes, windchill en frostnip.
Het gaat om de body core temperature, legt Luitenant-Kolonel Ben Vlasman uit. Hij is Mountain Leader bij het Korps Mariniers en gaf meerdere winters koudweerinstructie. “Je lichaam concentreert zich bij extreme kou op het warm houden van je vitale organen en de hersenen, de body core. Van de rest wordt op dat moment al een beetje afstand genomen: de extremiteiten krijgen steeds minder bloed aangevoerd en sterven af als je niks zou doen.”
Herkenbaar! Tintelende vingers in de winter als je je handschoenen vergeten bent. Volgens Ben is dat een veeg teken. “Bij tintelingen ben je al bijna te laat. Het bloed heeft zich al teruggetrokken uit je extremiteiten, die tinteling is het weer terugstromen na opwarming. Als je niets zou doen ontstaat er al snel een witte waas op je huid, dat heet frostnip en zo ver laten wij het als mariniers liever niet komen. In Nederland ga je dan meestal snel naar binnen en dat is ook zeer verstandig.”
Frostnip is de mildste vorm van weefselschade door kou. “In een oefening zijn gevoelloze vingers of tenen en tintelingen een reden om snel een onderkomen te creëren: uit de elementen. Hebben we geen tent, dan graven we een kuil uit aangestampte sneeuw: een snow hole. Daarbinnen heb je – ook al is het buiten min 30 – meteen een omgeving die rond het vriespunt ligt. Een klein kaarsje en een slaapzak zijn dan in principe genoeg voor het handhaven van je lichaamstemperatuur.”
Elke marinier heeft in koude omstandigheden een literfles hete, zoete thee bij zich. “Als je onderkoeld dreigt te raken en je drinkt thee, warmt direct je lichaam op midden in dat gebied waar je bloedsomloop alles voor wil sparen op zo’n moment,” legt Ben uit. “De warmte-sensatie van die zoete hete thee pept ook meteen je cognitieve vaardigheden op, zodat je weer handelend kunt optreden. De suiker zorgt voor een snelle verbranding. Ik raad iedereen aan bij koud weer een thermoskannetje warme thee mee op pad te nemen.”
Tieners die ver moeten fietsen naar school, doen er goed aan hun voorbereiding op de kou thuis al te starten. Ben: “Lees het weerbericht. Wordt het koud? Misschien is het enkele graden boven nul. Maar als er een fikse wind bij staat, kan het windchill-effect toch zorgen voor bevriezingsverschijnselen. De gevoelstemperatuur telt, niet de thermometerwaarde.”
Tegen kou bescherm je je met een goede isolatie, zegt Ben. “Werk in een meerlagensysteem, de luchtlaagjes tussen je kledingstukken houden je lichaamswarmte vast.” Maar mariniers zijn zeer intensieve bewegers tijdens hun koudweer- en bergtrainingen, ze zweten veel. Ben: “Wij trekken dan al die tussenlaagjes uit, behalve het onderste laagje. Houd dat aan met je jas erover. De rest van je kleding stop je waterdicht weg in je uitrusting. Als je weer in ruste bent, laat dan je natte jas drogen en trek die laagjes weer aan, die je met je lichaamstemperatuur meteen opwarmt.”
“Minus 15 graden is voor ons een grenstemperatuur,” zegt Ben. “Daarboven kun je best nog intensief bewegen in de kou, zoals hardlopen op ski’s. Daaronder begin je risico’s te lopen op bevroren bronchiën plús de ontstekingen die daarop volgen. Dat is natuurlijk gevaarlijk, zéker in een oorlogssituatie. Onder de -30 graden verrichten we uit veiligheidsoverwegingen bijna geen fysieke arbeid meer buiten onze shelter. Dat dwingt ons tot een statische aanpak: posten uitzetten en elkaar aflossen.”
Tip 4: Zorg dat je droog blijft
Echt gevaarlijk is weer waarbij je eerst kletsnat wordt en dan de vrieskoude nacht in gaat, zegt Ben. “Daarom dragen mariniers bij regen Goretex pakken. Elke winterfietser in Nederland zou zo’n jas moeten hebben, ze zijn te koop bij outdoorwinkels. Droog blijven is fundamenteel bij kou.”
De berg- en wintertraining van het Korps Mariniers is gestart vanaf 1972 toen Nederland samen met Engelsen tot aan het einde van de Koude Oorlog een NATO-taak had ter verdediging van de Noordflank. Maar de kennis bleek ook waardevol in de missies die later volgden en de berg- en wintertraining vormt dus nog steeds een belangrijk onderdeel van het opwerken van mariniers. Ben Vlasman ging op uitzending naar Bosnië en Afghanistan. “In de uitlopers van de Afghaanse Hindoekoesj ligt ook veel sneeuw. Daar hebben we ’s nachts temperaturen van -20 graden gehad, ons materiaal en ervaringen van de berg- en wintertraining in Noorwegen kwam toen weer zeer van pas.”
Het Korps Mariniers geeft inmiddels binnen de krijgsmacht vorm aan het expertisecentrum voor militair optreden onder extreme weersomstandigheden. “Er zijn zeker overeenkomsten tussen extreme hitte en extreme kou,” zegt Ben. “Maar als ik mag kiezen, doe mij dan maar kou en droge sneeuw. Daarin kun je met het goede materiaal prima vertoeven. Aangenamer dan in de constante nattigheid van Schotland, wat mij betreft. Al weten we ook daar wel raad mee, hoor.”