Veteraan Fred Janssen (64) is initiatiefnemer van de Witte Anjer, bedenker van de stickeractie voor Nederlandse militairen in Afghanistan en medeoprichter van de stichting Onbekende Helden. Hij vertelt over zijn onvermoeibare inzet om waardering voor veteranen zichtbaar te maken.
Missies: Libanon (1979), Sinaï (1982), Bosnië (2004) en Afghanistan (2009)
Je bent altijd in de weer voor veteranen, maar je hebt ook een sterke passie voor geschiedenis en het vertellen van verhalen. Hoe komt dat alles voor jou samen?
‘Ik ontdekte zelf pas later in mijn leven wat het betekent om veteraan te zijn. Na mijn dienstplicht bouwde ik een commerciële carrière op en heb ik bij een aantal grote Amerikaanse bedrijven gewerkt. Na 9/11 kwam ik weer opnieuw in contact met de Nederlandse veteranen-gemeente. De verbondenheid met gelijkgestemden raakte iets in mij. Toen ik in Amerika werkte, zag ik hoe veteranen daar gewaardeerd werden, vooral door initiatieven als Veterans Advantage. Dat inspireerde me om iets soortgelijks in Nederland te starten. Dat idee heb ik samen met generaal Lex Oostendorp naar Nederland gehaald en het is uitgegroeid tot de stichting Onbekende Helden. De stichting biedt kortingen en voordelen, en zet zich daarnaast in voor het creëren van werkgelegenheid voor veteranen, vooral voor degenen met een krasje.
Tegelijk merkte ik hoe belangrijk verhalen zijn. Veteranen dragen niet alleen herinneringen met zich mee, maar ook levenslange ervaringen die anderen kunnen inspireren. Het idee voor de Witte Anjer kwam in 2004, toen prins Bernhard overleed. Op 5 mei 2005 droeg het UNIFIL-detachement de anjer om zijn bijdrage te eren. Later ontdekten we dat het symbool stond voor verzet in 1940 en herbestemden we het als eerbetoon aan veteranen. In 2007 bedacht ik de Steun onze troepen in Afghanistan-stickers, geïnspireerd door de Amerikaanse Support our Troops-stickers die daar overal op auto’s te vinden zijn. Het idee voor de stichting Onbekende Helden, de stickers en de Witte Anjer komen allemaal voort uit mijn wens om de verhalen en de bijbehorende waardering voor veteranen zichtbaar te maken.’
In Amerika viel je de erkenning en waardering voor veteranen op. Vind je dat dit daar beter geregeld is?
Als samenleving moeten we beter begrijpen wat het betekent om te dienen. Het gaat niet alleen om het eren van de helden van vroeger, maar ook om steun voor degenen die terugkeren van missies. In Amerika is er meer respect voor mensen die dienen. Het leger is zichtbaarder en staat dichter bij de bevolking. In Nederland hadden we vroeger meer respect voor dienende militairen, bijvoorbeeld tijdens de dienstplicht, maar na het opschorten daarvan en het kleiner worden van de krijgsmacht is die verbinding minder sterk geworden.
Veteranen in Nederland voelen zich niet altijd begrepen of gewaardeerd. Het meer delen van hun verhalen zou daar een verandering in kunnen brengen. Toch merk ik dat de waardering langzaam toeneemt, onder andere door initiatieven zoals de Nederlandse Veteranendag en de Witte Anjer.’
Waarom is het vertellen van die verhalen zo belangrijk voor jou?
‘Geschiedenis is voor mij meer dan een les uit het verleden; het is een kompas voor de toekomst. Als je je geschiedenis niet kent, weet je niet waar je naartoe gaat. De verhalen van veteranen zijn vaak meer dan alleen heroïsch; ze bevatten ook morele dilemma’s en menselijke worstelingen. Als je leest over mensen die in de meest uitzichtloze situaties toch het juiste proberen te doen, dan inspireert dat. Door deze verhalen te delen, geef je betekenis aan hun offers en inspireer je anderen.
Tegelijkertijd stemt het tot nadenken. Ik denk weleens: zou ik dat ook kunnen? Die vraag blijft bij mij open. Wat ik wel weet, is dat het vertellen van zulke verhalen anderen kan aanzetten om moed te tonen, zelfs in kleinere dingen. Af en toe geef ik lezingen en voor mij is het ontzettend waardevol wanneer iemand na afloop zegt: “Dank je wel, ik voel me gehoord.” Dat is precies waar ik het voor doe.’
“Alexis von Roenne is een waar boegbeeld. Ik heb een boek over hem geschreven. Hij was een Duitse officier die tijdens de Tweede Wereldoorlog verzet pleegde vanuit zijn christelijke idealen en overtuiging.”
Begrijp ik goed dat je ook een fascinatie hebt voor vergeten helden?
‘Ja, ik heb altijd een zwak gehad voor mensen die vanuit overtuiging iets buitengewoons doen. Een voorbeeld is Alexis von Roenne, mijn boegbeeld en een Duitse officier die tijdens de Tweede Wereldoorlog verzet pleegde tegen de nazi’s vanuit zijn geloofsovertuiging. Dat is geen simpele keuze; je wist in die tijd precies wat de gevolgen zouden zijn. Ik vraag me weleens af: zou ik zo dapper zijn geweest? Hij wist dat hij ter dood veroordeeld zou worden om zijn verzetsdaden, zonder eerlijk proces. Maar toch nam hij dat risico.
De geschiedenis van de Molukse militairen is ook een verhaal dat te vaak onderbelicht blijft. Het waren mannen die loyaal waren aan Nederland, vaak onder zware omstandigheden. Wat zij hebben bijgedragen, mag niet vergeten worden. Door hun verhalen vast te leggen, geef je erkenning aan een groep die soms het gevoel heeft gehad dat ze niet werden gezien. Het is niet alleen belangrijk voor de volgende generaties, maar ook voor ons als maatschappij. Je ziet dat er steeds meer belangstelling komt voor dit soort verhalen en dat is goed. Het maakt ons bewuster van wie we zijn en waar we vandaan komen.’
Je noemt het belang van herdenken en herinneren. Wat zie jij als de rol hiervan voor toekomstige generaties?
‘Herdenken en herinneren blijven essentieel, vooral nu de Tweede Wereldoorlog steeds verder weg lijkt. Ik geef soms gastlessen via het project Veteranen in de Klas. Daar koppel ik historische gebeurtenissen aan actuele situaties, zoals de oorlog in Oekraïne. Dat maakt het voor jongeren tastbaarder. Ik geloof dat verhalen een brug kunnen slaan tussen generaties. Wanneer jonge mensen leren over wat veteranen hebben meegemaakt, groeit hun respect en waardering.
Verhalen van veteranen laten zien dat moed, opoffering en kameraadschap tijdloze waarden zijn. Daarnaast heeft het vertellen van verhalen ook een helende werking voor veteranen zelf. Het delen van hun ervaringen zorgt ervoor dat ze zich gehoord en erkend voelen. Dat is enorm belangrijk, want velen worstelen in stilte.’
Wat is jouw belangrijkste tip voor veteranen die ook hun verhaal willen delen?
‘Je hoeft niet gelijk je verhaal voor een groot publiek te vertellen, maar zoek iemand die wil luisteren. Het kan een vriend, een familielid of een medeveteraan zijn. Je zult merken dat het delen van je ervaringen niet alleen jou helpt, maar ook de ander. En onthoud: je bent niet alleen. Samen zijn we sterker.’
Twintig portretten van veteranen die als boegbeelden de veteranengemeenschap versterken en die onze vertegenwoordigers zijn in de burgermaatschappij. Het respect en de waardering die zij ontvangen, is een erkenning voor alle veteranen.