Sanneke is geestelijk verzorger

5 januari 2021
Deel dit bericht:
Uit het dagboek van een hulpverlener, deel 10.

Bij de zorg voor veteranen zijn veel specialisten betrokken. Van arts tot therapeut, van nuldelijnsvrijwilliger tot jobcoach. Sanneke Brouwers is geestelijk verzorger bij het Nederlands Veteraneninstituut. “In mijn contact met veteranen gaat het niet om wat ik zeg, maar om wat iemand als het ware zichzelf vertelt. Heel krachtig en mooi om daar getuige van te zijn.”

8.00 uur

Straks heb ik een huisbezoek. Ik kan er op de fiets naartoe en ondanks corona kan dit deel van m’n werk gelukkig doorgaan. Soms is dat best spannend, want er zitten behoorlijk wat oudere veteranen tussen. Dan wil je al helemaal niet degene zijn die het virus meeneemt. Met deze meneer, een Indië-veteraan, heb ik al wat langer contact. Hij is op hoge leeftijd pas over zijn oorlogservaringen gaan praten en is boos over wat defensie hem heeft ‘aangedaan’. Het is niet aan mij om hier een oordeel over te hebben. Daar kom ik ook niet voor. Wel hoop ik als een soort verbindingsofficier te kunnen bemiddelen in het contact tussen hem en defensie. Het is vreselijk als je beseft dat zo iemand nog elke nacht opzit. Hij slaapt niet door wat hij heeft meegemaakt. Ook nu komt er in ons gesprek weer veel boosheid boven. Ik gun hem dat hij wat rust vindt, dat hij de strijd kan staken, zogezegd. Wat ik niet vaak doe, doe ik nu heel bewust wel: we bidden samen. Na afloop haast ik me terug naar huis om op tijd te zijn voor mijn volgende afspraak.

11.30 uur

Tijdens een online overleg bespreek ik met mijn begeleiders van Tilburg School of Theology de voortgang van mijn promotie. Ik onderzoek hoe veteranen omgaan met ervaringen van morele spanning die zich tijdens een missie kunnen voordoen. Dat lijkt abstract, maar morele spanning blijkt heel wat schuldgevoel en bijvoorbeeld stress te veroorzaken. Vaak vindt dat z’n oorsprong in een botsing van waardensystemen. Simpel gezegd: je moet als militair – zeker bij een incident – soms anders handelen dan je als vader of burger zou doen of willen doen. Hoe ga je daar mee om?

Wat ik steeds opnieuw merk is hoe groot de behoefte bij veteranen – oud en jong – is om hun verhaal te vertellen. Voor mij is het hierbij heel wezenlijk dat we er als maatschappij meer oog voor krijgen dat veteraan uitgezonden worden namens ons allemaal. Zijn we dan ook bereid om hun pijn te zien, en naar hun ervaringen te luisteren? Luisteren is op zichzelf al een vorm van erkenning voor wat hen is overkomen. En de veteranen in kwestie helpt dat enorm om na een beschadigende ervaring verder te kunnen.

14.30 uur

Ik schrijf een uitgebreide mail naar aanleiding van een gesprek dat ik vorige week had. Het gaat in dit geval om een dienstslachtoffer. Hij is – jaren geleden alweer – als dienstplichtige tijdens een oefening gewond geraakt. Sindsdien is hij ziek gebleven. Geen vrolijk verhaal. Je ziet hoe iemand enerzijds vol woede zit over wat hem is overkomen. Aan de andere kant is dat veteraan-zijn alles wat hij nog heeft.

Komende tijd zullen we contact houden. Bij mij is het geen kwestie van een dossier dat ik open of sluit. Ik ben er gewoon net zolang als dat een functie heeft. Het voordeel is dat ik daarbij een beetje los door het systeem van ketenzorg heen fiets. Daardoor kan ik de tijd nemen. Ik ben er hierbij als geestelijk verzorger vooral op gericht om door te luisteren de innerlijke dialoog aan te moedigen. Het gaat niet om wat ik zeg, maar als het ware om wat iemand zichzelf vertelt.