‘Wat me het meest is bijgebleven, is het gevoel van vrijheid’

26 oktober 2015
Deel dit bericht:
Als je Michel Buitenga vijf jaar geleden had verteld dat hij een roeitocht van 350 km zou ondernemen, had hij je voor gek verklaard. Hij was vanaf de borst verlamd geraakt door een duikongeluk en de artsen verklaarden dat dit niet meer goed zou komen. Toch kreeg hij het voor elkaar om deze zomer met een groep oud-mariniers de oversteek van Rotterdam naar Londen te maken in een roeiboot van slechts 6 meter.

‘Toen ik in 1992 terugkwam van een missie in Cambodja, kon ik 4 jaar later bij Justitie aan de slag. Ik heb achtien jaar bij de DV&O (Dienst Vervoer & Ondersteuning) gevangenen vervoerd en begeleid buiten de poort, zoals ze dat noemen. Gedetineerden die in de rechtbank moeten verschijnen, of bij de tandarts, maar ook jongens die een paar uur bij hun zieke moeder op bezoek mogen. Ik deed naast de reguliere gedetineerden ook de zware gevallen. Jongens waarvan je wist dat ze op zoek waren naar moeilijkheden. Dat werd dus wel eens knokken.

De meeste van mijn collega’s hadden in het leger gezeten, maar sommigen kwamen net van school. Je kon het verschil duidelijk merken. Als oud-marinier ben je toch gewoon minder snel onder de indruk als zo’n gedetineerde moeilijk doet. Je bent extreem goed getraind. Je hebt iedere winter in Noorwegen in de sneeuw gelegen, onder zware omstandigheden. Veel van ons zijn op missie geweest. Dat vormt je. Mijn moeder bijvoorbeeld, zei toen ik een jaar bij de mariniers zat, dat ik was veranderd. Niet per se negatief, maar ik was volwassener geworden en wat harder ook wel. Ik vind dat een pluspunt. Ik heb daar in ieder geval in mijn werk veel aan gehad.

Vijf jaar geleden werd ik ingezet op Curaçao. Je had in de gevangenissen daar Zuid-Amerikaanse toestanden: mensen werden neergestoken, er werd drugs verhandeld en onder het personeel was er corruptie. Amnesty en Human Rights Watch hadden er een punt van gemaakt en wij moesten orde op zaken stellen. Ik volgde daar ondertussen ook een diepzeeduikcursus. Bij mijn laatste duik ging het mis: de instructeur was vergeten de 6 meter die ik dieper dan hijzelf was geweest in de opstijgtabel mee te nemen. Een decompressietank van de Amerikaanse Mariniers heeft pas na 8 uur op het nippertje mijn leven gered, maar ik was vanaf mijn borst verlamd en zou nooit meer kunnen lopen. Ik was heel sportief, had altijd bovengemiddeld gepresteerd en opeens kon ik niks meer.

In eerste instantie sloeg de machteloosheid toe, maar uiteindelijk heb ik me er niet bij neergelegd en me vol op mijn revalidatie gestort. Na heel veel jaren trainen, kan ik inmiddels lopen met een stok. Het gaat moeizaam en ik moet alles met mate doen, maar ik kan grotendeels zelfstandig leven. Artsen denken dat het komt door mijn doorzettingsvermogen en doordat ik zo’n sterk lichaam heb, maar eigenlijk begrijpen ze er niets van.

Via Facebook kwam ik terecht in een groep van oud-mariniers. Een van die mannen was fanatiek begonnen te roeien en had de Dutch Marines Rowing Challenge opgericht. Hij wilde met een kleine club naar Londen roeien om geld op te halen voor hulphonden die veteranen met PTSS hulp kunnen bieden. Uiteindelijk heeft hij 140 man om zich heen verzameld. In eerste instantie zat ik bij de organisatie, maar omdat het fysiek beter ging, werd ik stuurman. Als stuurman ben je verantwoordelijk voor de sloep en de bemanning. Je bepaalt de koers, houdt de omgeving in de gaten en zorgt dat iedereen op tijd eet en drinkt.

We zijn op 5 september vertrokken uit Rotterdam onder begeleiding van marinefregat Zijne Majesteit Johan de Witt met negen sloepen. Wat me het meest is bijgebleven van de tocht is het gevoel van vrijheid dat je op zee ervaart. Je zit met die jongens in die sloep van 6 meter, hoge golven, zonnetje erbij. Dat is waar je al die maanden voor getraind hebt. Overal om je heen containerschepen en olietankers. Dan voel je je nietig. Maar ook vrij.’

Wil je weten hoe het de oud-mariniers op zee is vergaan? Bekijk de documentaire die Omroep Max maakte: Dutch Marines Rowing Challenge.