Alle hens aan dek. Zaterdag 4 augustus barst het los: de botenparade van de Gay Pride in Amsterdam. De Defensieboot is ook dit jaar weer van de partij. Maliveteraan Jaus Müller en Afghanistanveteraan Claire Soulages varen mee. Waarom?
Jaus Müller (32), docent Militaire Geschiedenis aan de Nederlandse Defensieacademie en bestuurslid SHK (Stichting Homoseksuelen in de Krijgsmacht), doet voor de derde keer mee met de botenparade:
“Omdat we de boodschap dat je bij Defensie jezelf kunt zijn, krachtig moeten uitstralen. Het is daarom ook goed dat er veel openlijk homoseksuele officieren meevaren. Zij hebben een voorbeeldrol voor anderen. Er zijn nog teveel jongens en meisjes die het moeilijk hebben vanwege collega’s die ‘niets’ met homo’s hebben. Dan denk ik ‘Niets met homo’s? Het is 2018, get a life!’ Zo weet ik dat een aantal jaar geleden in Afghanistan iemand een roomy had die erachter kwam dat hij homo was. Die wilde toen niet meer met hem op een kamer slapen. Uiteindelijk werd die homoseksuele militair naar huis gestuurd. Belachelijk.”
“Niet alleen voor de buitenwereld maar ook intern is het belangrijk dat Defensie meevaart. Het staat op internet, er zijn filmpjes en het leidt tot discussies.”
Je kunt een verkeerd beeld bijstellen als we tussen mannen in leren broeken met gaten staan, terwijl maar 1 procent van de deelnemers zo extravagant gekleed is.
“En het publiek langs de kant reageert altijd heel positief op onze boot. Een heel mooie ervaring was van een generaal die met grote twijfels mee voer. Bij de eerst brug ontdooide hij al en achteraf zei hij dat hij zich nog nooit zo gewaardeerd had gevoeld als militair als bij dit evenement.”
Jaus ontdekte op zijn 14e dat hij homo was
“Ik zat in een periode van vertwijfeling. In een biologieboek las ik dat mijn gevoelens onderhevig konden zijn aan hormonen, maar na een jaar wist ik het wel. Tijdens mijn opleiding bij Defensie had ik het nog voor me gehouden. ‘Homo’ werd door de anderen regelmatig als scheldwoord gebruikt. Dan zat ik vaak op mijn tong te bijten. Op uitzending in Mali deelde ik een slaapruimte met een marineofficier. Zo’n hele brede kerel, met tatoeages, het type kickbokser. We kregen een goed contact en uiteindelijk vertelde ik hem dat ik homo was. Helemaal geen probleem. Ik realiseerde me toen ook dat hetero’s veel meer supportive zijn dan we soms denken.”
Claire Soulages (39), senior P&O Adviseur, staat voor de derde keer op het dek van de Defensieboot:
“Ik vaar mee omdat ik vind dat deze groep meer aandacht moet krijgen. Meevaren met de Defensieboot laat zien dat je bij Defensie mag zijn wie je bent. Althans, op papier, want in de praktijk zijn we nog niet waar ik denk dat we zouden moeten zijn. De eerste twee jaar was ik bij de botenparade betrokken omdat ik vanuit Defensie als projectofficier was aangewezen om de werkgroep te ondersteunen. Ik hield mij voornamelijk bezig met de financiële kant. Toen ik in contact kwam met de mensen van de werkgroep van de SHK werd ik meteen geraakt door de verhalen waar zij zoal mee te maken krijgen, zoals vijandigheden en grove anti-homo-opmerkingen. Mijn ervaring is ook dat veel heteromannen bij Defensie zo paniekerig reageren als het over homoseksualiteit gaat en lacherig doen als de Defensieboot ter sprake komt. Ook in het hoger kader. Daar kan ik erg boos om worden, het is jammer dat dit gebeurt. ‘Je wordt niet opeens homo als je meevaart’, zeg ik dan. Inmiddels help ik als vrijwilliger mee. Waarbij ik het contact met de leden van de werkgroep erg bijzonder vind. En ook het meevaren op de Defensieboot is elke keer weer een geweldige ervaring.”
Claire ontdekte op haar 13e dat ze hetero was
“Op de middelbare school werd ik voor het eerst echt verliefd op een jongen. Ik heb mij nooit afgevraagd of ik op jongens viel, het is gewoon altijd zo geweest. Daardoor ben ik er nooit mee bezig geweest. Het onderscheid hetero-homo heb ik ook nooit gemaakt, dat zat ook niet in mijn opvoeding. Ik heb collega’s die openlijk homoseksueel zijn. Door alles wat ik heb gehoord en geleerd bij de werkgroep, kom ik nu wel duidelijker op voor homo’s. Het raakt me meer.”