Marjan (34) en Marco (37) – beiden veteraan – leerden elkaar in 1999 kennen. Samen met hun twee dochters van drie en zes wonen ze in het Gelderse Elst. De afgelopen jaren stonden in het teken van de ingrijpende nasleep van haar missie-ervaringen. Na een reeks intensieve therapiesessies concludeert Marco: “Ik kan nu oprecht weer zeggen dat we een gelukkig gezin zijn.” In februari ontving Marjan een gevechtsinsigne.
In oktober 2002 vertrok Marco als artillerie/mortier waarnemer voor de CLAS met rotatie SFOR13 in Bosnië. Van maart 2007 tot en met juli 2007 werkte hij namens de KMar, ISAF rotatie TFU3 in Afghanistan. Marco: “Helaas sneuvelden in deze periode vijf Nederlandse militairen, waarvan ik bij drie bemoeienis heb gehad in het kader van het KMar-onderzoek.”
Marco was net terug uit Afghanistan toen Marjan de vraag kreeg of zij daar ook ingezet wilde worden. Marjan: “Na kort overleg met Marco belde ik de majoor dat ik wilde gaan. Vijf dagen later zat ik als sgt 1 in de battle group als algemeen militair verpleegkundige, afvoerploeg bij bve peleton. Nauwelijks voorbereiding gehad. Tja, wat kun je nog doen in vijf dagen? In die periode was het erg onrustig in Deh Rawod. Het peleton waar we bij werden geplaatst had al veel meegemaakt. Ik heb onder andere verschillende TIC’s (‘Troops in contact’) en IED aanslagen meegemaakt. Op het moment zelf handel je zoals je geleerd hebt maar de adrenaline giert door je lichaam. En natuurlijk ben je bang. Het gaat dan allemaal zo snel.”
Na thuiskomst draaiden zowel Marco als Marjan nog een uitzending. Marco namens Eufor IPU-9 van december 2008 t/m mei 2009 in Bosnië Sarajevo, als Special Investigator en Marjan in maart t/m juni 2010 in Afghanistan, Tarin Kowt, als algemeen militair verpleegkundige op de spoedeisende hulp, role-2. Hun dochter was toen anderhalf jaar oud.
Marco: “Nadat Marjan in 2010 terugkwam duurde het even voordat ze weer een beetje de oude was. Het leek na enige tijd weer goed te gaan. Negen maanden na terugkomst, en helaas twee miskramen verder, was Marjan gelukkig zwanger van onze tweede dochter. In 2012 verliet Marjan Defensie.”
In januari 2013 stortte Marjan in. Marjan: “Al langere tijd ging het niet goed net mij. Ik had veel lichamelijke klachten zoals duizelingen, hartkloppingen, slapeloosheid, wakker schrikken, rusteloosheid, plotseling erg ziek voelen. Dat speelde al langer in 2012. Maar zelf had ik dat niet zo in de gaten. In januari 2013 kreeg ik mijn eerste paniekaanval. Ik dacht dat ik dood ging. Op dat moment ging denk ik de deksel van de emmer af en sliep ik nauwelijks nog, had ik nachtmerries over de uitzendingen, had ik de hele dag een gevoel van angst, kreeg ik flash backs, en voelde mezelf depressief. Ik lag letterlijk de hele dag op de bank te huilen zonder dat ik wist waardoor het kwam.” Marco “We hebben als gezin zware tijden gehad. In mei dat jaar is zij gescreend in het Centraal Militair Hospitaal.”
Marjan gaf bij de behandelend therapeut aan dat zij graag de EMDR therapie wilde volgen. Marjan: “De therapie die ik heb gehad werd bij mij middels een koptelefoon met piepjes gedaan. De piepjes zijn wisselend links en rechts te horen. Ik moest dan met m’n ogen dicht de gebeurtenissen vertellen. Elke sessie één gebeurtenis. Daarbij moest ik telkens zeggen wat ik voelde en verder mocht ik mijn gedachte de vrije loop laten. De therapeut stelde telkens wat vragen tussendoor. Het leek soms echt alsof ik weer helemaal terug was in de gebeurtenis en het ook herbeleefde. Aan het begin van de sessie moest ik aangeven op schaal van 1 tot 10 hoe erg mijn emotie is met betrekking tot de gebeurtenis. Bijvoorbeeld angst, machteloosheid etcetera. Aan het einde werd dat weer gevraagd en soms was mijn hele gevoel met betrekking tot de gebeurtenis weg. Ik zat er dan niet meer zelf helemaal in maar kon eigenlijk vanaf de zijlijn de gebeurtenis bekijken.”
Marco: “Achteraf bleek dit de gouden oplossing te zijn voor Marjan’s probleem. Zij ging met grote stappen vooruit. Na de eerste sessie belde ze mij dolgelukkig, volledig opgelucht en tevreden op. De therapie had op haar het gewenste effect. Door alle sessies die volgde heeft zij ‘volledig’ grip gekregen op de meegemaakte gebeurtenissen en de emoties die het verleden losmaakte.”
Marco: “In 2007 verbaasde het mij dat Marjan geen gevechtsinsigne kreeg toegekend, maar Marjan redeneerde dat als zij ervoor in aanmerking zou komen dat vast aangevraagd zou zijn. Niets was minder waar. In december 2013 begreep ik uit de media dat de laatste gevechtsinsigneaanvragen opgestuurd konden worden. Marjan heeft veel meegemaakt. Ere wie ere toekomt. Voor iedereen is erkenning in welke vorm en mate dan ook belangrijk. Het koste wat moeite om de betreffende info te verkrijgen. Ik heb contact gezocht met de Pelotons Commandant waaronder zij destijds onder viel en deze was in de veronderstelling dat Marjan de gevechtsinsigne reeds toegekend had gekregen. Hij was verbaasd toen hij hoorde dat dit niet het geval was. Van hem heb ik de benodigde informatie verkregen voor de aanvraag, aangevuld met Marjan’s eigen verhaal wat zij als therapie heeft geschreven.”
Op 5 februari jl. was het zover. Marjan ontving op het Veteraneninstituut een gevechtsinsigne. Marjan: “Ik vond het best wel spannend en had bewust niet teveel mensen uitgenodigd want wilde het klein houden. De directeur van het Vi reikte de insigne uit. Het was een fijne toespraak, precies zoals ik had gehoopt. Het gevechtsinsigne ligt nu mooi in de vitrinekast naast mijn medailles bij ons in de woonkamer.”
Marjan kijkt terug op een bewogen fase in hun leven. “Vanaf mijn 17de ben ik militair geweest en heb bijna 14 jaar bij defensie gewerkt. Dat heeft mij natuurlijk wel gevormd. Flexibiliteit, teamwork en stressbestendig zijn eigenschappen die in mijn huidige werk van pas komen. Belangrijk is dat ik na mijn behandeling van PTSS veel makkelijker praat en zeg wat me dwars zit. Opkroppen is voor niemand goed.”
Marco: “Marjan luistert naar zichzelf en gebruikt de handvatten die zij aangereikt heeft gekregen. Vanaf november is het re-integratie traject ingezet en vanaf januari 2014 is Marjan weer volledig aan het werk gegaan als Ambulanceverpleegkundige in Nijmegen. Ik kan nu ook oprecht weer zeggen dat we een gelukkig gezin zijn. Ik heb Marjan weer terug.”