'Ik wist niet eens wat ik onder humanitair moest verstaan'

19 april 2018
Deel dit bericht:
Veteraan Perry staat in de erecouloir tijdens de Nationale Herdenking.

Van de zestig veteranen die op 4 mei tijdens de Nationale Herdenking op de Dam de erecouloir vormen, zullen er weinig zo ervaren zijn als Perry Gertsen uit Deventer. Hij is zo vaak op missie geweest dat hij de tel is kwijtgeraakt. ‘Egypte, Cambodja, Irak, Bosnië, Afghanistan’, somt hij op, ‘bij elkaar zeven of acht keer.’ De collega’s die zijn gesneuveld, zijn niet op één hand te tellen. ‘Door op de Dam te staan wil ik mijn overleden kameraden eren.’

‘Zo wijd de wereld strekt’. Dat is de wapenspreuk van het Korps Mariniers waar Gertsen deel van uitmaakte. Onder dat motto is hij naar alle uithoeken van de wereld uitgezonden. In de meeste gevallen betrof het explosieve oorlogssituaties waarin de zware training als gevechtsmilitair goed van pas kwam. Onvermijdelijk kwam de marinier voor heel wat hete vuren te staan en meer dan eens is hij aan de dood ontsnapt. “In Cambodja kwamen we in 1993 in conflict met de Rode Khmer, omdat zij de vrije verkiezingen wilden blokkeren”, herinnert Gertsen zich nog levendig. ‘”at leidde tot een dreigende confrontatie.” En in Afghanistan passeerde hij een bus van de lokale politie, juist op het moment dat deze werd aangevallen. Hij vertelt er over zonder zichtbare emotie. Aangedaan toont hij zich pas wanneer hij verhaalt over die ene missie die een humanitair karakter had. “Dat was in 1991 tijdens de eerste Golfoorlog, ik wist niet eens wat ik onder humanitair moest verstaan”, zegt hij. “Ik was getraind in gevechtshandelingen en ineens moest ik de bevolking gaan helpen.”

Wat ik toen heb meegemaakt is onvoorstelbaar.

“We hadden bijvoorbeeld de opdracht om een ziekenhuis schoon te maken waar buiten containers vol met lijken stonden en de muren tot aan het plafond onder het bloed zaten. En Koerden die de bergen in waren gevlucht moesten we terug naar heroverd gebied begeleiden. Hun omstandigheden waren mensonterend. De stank was ondraaglijk en het zag er pikzwart van de vlooien.”

 

Er kwamen vrouwen naar me toe die me het lijkje van hun kind in handen drukten. Daar moet je dan mee weten te dealen, terwijl ik net zelf thuis een kleine baby had. Dat was het meest indrukwekkende wat ik heb meegemaakt.

Supertrots

Gertsen stamt uit een militaire familie, aan zijn beroepskeuze heeft hij nooit getwijfeld. “Mijn vader was ook marinier, dat wilde ik ook. In 1981 kwam ik bij het Korps Mariniers en daar was ik helemaal op m’n plek. Natuurlijk wilde ik graag wat van de wereld zien, maar mijn grootste drijfveer was dat ik me sterk wilde maken voor behoud van vrijheid.” Ook bij zijn schoonfamilie zit de liefde voor Defensie in de genen.

“Mijn schoonvader was commando bij het KNIL en mijn vrouw Lonneke zat bij de MARVA en is ook veteraan. Straks staan we zelfs allebei in het erecouloir op de Dam. Mijn vrouw was er vorig jaar ook al bij, om haar daar te zien staan, dat maakte me echt supertrots. En nu staan we er met z’n tweeën, dat wordt een supermooie dag.”

Schakeltje

Behalve een mooie dag wordt het ook een intense dag, verwacht de marinier.

Minstens wekelijks denk ik terug aan m’n kameraden die minder geluk hadden dan ik en niet levend zijn teruggekeerd.

“Bijvoorbeeld omdat ze de pech hadden om in Afghanistan op een bermbom te stappen of in Cambodja in een hinderlaag te lopen. Tijdens de twee minuten stilte zal ik in het erecouloir intenser aan hen terugdenken dan ooit.” De ingrijpende ervaringen hebben van Gertsen in de loop der jaren een anders mens gemaakt.

 

“Ik kijk nu anders tegen de dingen aan”, weet hij. “Mensen maken zich vaak druk om niks, ik kan alles makkelijker relativeren.” Wat hij echter nooit zal relativeren is het belang van het herdenken.

We leven in vrijheid, dat is het belangrijkste wat er is. Dat hebben we te danken aan de oorlogshelden die het hoogste offer hebben gebracht. Dat mogen we nooit vergeten. Zelf ben ik maar een klein schakeltje geweest in de strijd voor vrede en vrijheid in de wereld. Dat ik dat op 4 mei kan laten zien maakt me hartstikke trots.’

Portretfoto: Celine Curiel | Veteraneninstituut / Missiefoto’s: eigen collectie Perry Gertsen