WO II-veteraan André Hissink is op 1 januari jl. op 104-jarige leeftijd overleden. Hij was de laatste overlevende vlieger van het 320 Dutch Squadron, dat tijdens de Tweede Wereldoorlog deel uitmaakte van de Britse Royal Air Force.
André Hissink wilde al voor de Tweede Wereldoorlog vlieger worden, maar werd in afwachting van een opleidingsplaats bij de bewakingsgroepen ingedeeld. Hij was getuige van het bombardement in Rotterdam, week uit naar Engeland en zwoer dat hij het de Duitsers betaald zou zetten.
Hissink voerde in 1943 en 1944 als waarnemer van het 320 Dutch Squadron vanaf vliegbasis Pembroke Dock maar liefst 69 vluchten uit in een B-25 Mitchell bommenwerper. Hij heeft tijdens D-day Duitse troepen gebombardeerd en kon de geallieerde militairen op de stranden zien liggen. Aan het eind van de oorlog is zijn toestel neergeschoten. Voor zijn krijgsverrichtingen ontving Hissink het Vliegerkruis.
In 1953 moest hij afstand doen van zijn Nederlandse nationaliteit omdat hij bij de Nieuw-Zeelandse luchtvaart actief werd. Een aantal jaar geleden kwam hij in het nieuws, omdat hij de Nederlandse nationaliteit terugkreeg. Het was zijn hartenwens om als Nederlander te sterven. ‘’Ik ben nu echt tevreden’’, was destijds zijn reactie.
De 99-jarige André Hissink voerde in 1943 en 1844 als waarnemer van het 320 Dutch Squadron vanaf vliegbasis Pembroke Dock maar liefst 69 vluchten in een B-25 Mitchell bommenwerper.
Beluister zijn verhaal in onze interviewcollectie.