Toewijzingscriteria

16 oktober 2023
Deel dit bericht:
De veteranenstatus.

De toewijzingscriteria voor wie de veteranenstatus krijgt na een uitzending zijn niet altijd eenduidig. Een werkgroep onderzoekt hoe de criteria toekomstbestendig kunnen worden gemaakt.

Hoewel de definitie van wat een veteraan is in de wet staat, zijn de exacte toewijzingscriteria per inzet niet gegeven. Die zijn voorbehouden aan de discretionaire bevoegdheid van de minister van Defensie. De minister bepaalt per inzet of de betrokken militairen al dan niet in aanmerking komen voor de veteranenstatus. Zij wordt hierbij geadviseerd door de operationele commandanten, juristen en haar staf.

Vredesmissies

In de meeste gevallen zijn de voorwaarden gelukkig redelijk evident: als er in het kader van het bevorderen van de (internationale) rechtsorde en stabiliteit een vredesmissie in een crisisgebied buiten onze landsgrenzen plaatsvindt, dan zullen deelnemende militairen veteraan worden. De duur van de uitzending is daarbij niet van belang, zoals soms wel wordt beweerd. Hoewel schijnbaar eenduidig, zijn er in het verleden toch al vaker discussies geweest door militairen die vonden dat ze de veteranenstatus hadden verdiend, maar die niet kregen. Denk daarbij aan werkbezoekers, buiten de uitzendorganisatie geplaatsten of essentiële functionarissen die hun bijdrage niet in het uitzendgebied verrichtten.

Gevaar

Ook het idee dat de blootstelling aan mogelijk gevaar een hard criterium moet zijn, wordt vaak betwist. Er zijn immers voorbeelden van missies waar nauwelijks sprake was van gevaar en die toch tot de veteranenstatus hebben geleid.

Grensgevallen

Momenteel bestaat er een werkgroep die de problematiek onderzoekt om te komen tot ‘toekomstbestendige toewijzingscriteria’ om de minister goed onderbouwd te kunnen adviseren hoe om te gaan met deze hardnekkige en complexe materie, ook in relatie tot het vernieuwde Defensie-decoratiestelsel. Het Veteranen Platform is betrokken bij deze discussie en deelt expertise en ervaringen. Uiteindelijk lukt het nooit om iedereen naar volle tevredenheid te bedienen. Er zullen altijd grenzen zijn en dus grensgevallen die tot discussie leiden; óók als de grenzen verlegd worden. De bottomline is dat iedere keuze uitgelegd moet kunnen worden, waarbij de criteria logisch en consequent moeten zijn.