Anna’s vader ging op missie

27 september 2018
Deel dit bericht:
'Aan het begin en het eind miste ik hem het meest.'

Pianospelen, volleyballen, buitenspelen en veel met vrienden praten, dat was voor Anna de Oude (13) de beste afleiding toen haar vader, geestelijk verzorger André de Oude, ruim vier maanden op missie was naar Mali. Anna: “Heel erg vaak eraan denken dat mijn vader er niet was, werkte niet.”

“Ik was 12 jaar oud toen mijn vader naar Mali ging. Hij vertelde dat tijdens een etentje op vakantie in Sardinië.”

Ik was meteen heel verdrietig en bang voor wat zou gaan komen.

Een paar jaar eerder was Anna’s vader uitgezonden naar Afghanistan, toen miste zij hem zo erg dat ze naar een psycholoog moest. Anna: “Ik ben ook snel gestrest en gespannen. Die psycholoog heeft mij trucjes geleerd om daar mee om te gaan, zoals veel met anderen praten en wanneer ik gestrest ben een paar keer diep ademhalen. Dat helpt echt.”

Grapjes

Het afscheid van haar vader in Eindhoven destijds vond Anna heel moeilijk.

Je kan wel allemaal dingen zeggen, maar hij gaat toch weg.

De eerste avond zonder vader moest iedereen voor het eten zelf bidden. Normaal deed hij dat altijd. En de grapjes die hij altijd maakte probeerde ze nu zelf te maken. “Maar dat lukte niet goed.” Ook een lekke band was opeens een probleem. Niemand behalve haar vader kon ‘m plakken. Opa lief aankijken en een zak drop voor hem halen, bood uitkomst. Ondertussen had Anna contact via whatsapp, email en telefoon. Haar vader stuurde foto’s en filmpjes vanuit Mali. Ook mooie souvenirs, waaronder een sleutelhanger met een houten schildpadje. “Dat legde ik op mijn tafel als ik een schooltoets had, als motivatie.”

Naar voorgevoel

Ze vond het ook spannend dat haar vader in oorlogsgebied zat en was bang dat hem iets zou overkomen. Vooral in de tijd voor hij vertrok had ze soms een naar voorgevoel. In het Zapp- televisieprogramma Nog één week’, waarin Anna in de aanloop naar de missie van haar vader uitgebreid geportretteerd werd, vertelt zij hoe ze voor zich zag dat hij ergens gewond op de grond lag. Helemaal alleen in de woestijn.

Ik had typische fantasieën over een oorlogsgebied, zoals in films, maar dan niet zo overdreven.

Op dat Zapp-programma heeft ze overigens veel goede reacties gekregen. Vanwege de druk om het goed te doen was ze achteraf wel een paar dagen ziek. Anna: “Maar het was een unieke ervaring”

Jongensvrienden

Anna praatte ook veel met de vriendinnetjes waarmee ze in de speeltuin speelde. En met jongens, vooral oude vrienden van de basisschool, kon ze heel goed praten. “Jongensvrienden luisteren beter dan meisjesvrienden”, benadrukt Anna. “Meisjes vertellen altijd meteen ook wat zij hebben meegemaakt, terwijl jongens hun mond houden en alleen maar luisteren.”

Haar vader is Anna’s grootste vriend:

Als ik een vader nodig heb, is hij mijn vader, maar als ik een vriend nodig heb is hij mijn vriend.

Grappend vertelt ze verder: “Ik heb ook een goede band met mijn moeder, maar die gebruik ik meer met shoppen.”

Volleyballen

Veel volleyballen, hielp ook. Als tijdverdrijf en natuurlijk ook om daar heel goed in te worden. Net als pianospelen. Anna: “Mijn oom had liedjes voor me uitgezocht om te spelen. Vooral het liedje ‘Say Something’ speelde ik heel vaak. Er zit heel veel emotie in en het raakt me heel erg.”

Soms zing ik ook, dan gooi ik er even alles lekker uit.

Troost

Uiteindelijk vond Anna de tijd sneller gaan dan verwacht: “Aan het begin en het eind miste ik hem het meest. Mijn kleine zusje heeft het al die tijd verrassend goed gedaan, zelfs beter dan ik. Zij had verdriet als ik verdriet had, en mijn moeder troostte ons dan allebei.”

Als mijn vader weer op missie gaat wil ik er voor mijn moeder zijn en haar kunnen troosten.