Vandaag is het de Dag van de Slaap. Een levensbehoefte die vaak wordt onderschat. Zeker door militairen, weet veteraan Mark Schadenberg. Na zijn carrière als flight nurse werd hij slaapcoach. In zijn boek ‘Van slaapwandeling naar droomleven’ vertelt hij hoe je kunt slapen als een roos.
‘Op mijn eerste missie, in Uruzgan. Ik was net achttien geworden en gewondenverzorger tijdens TFU1. We sliepen toen nog in tenten, niet in containers. Op een nacht belandde er een mortier net buiten het kamp. In onderbroek en hemdje zochten we halsoverkop dekking bij de Hesco wall. Toen klonk het gefluit van een tweede raket. Die sloeg vlak naast ons in. “We gaan allemaal dood!”, riep mijn commandant. Maar de mortier ging niet af. Door dit incident heb ik lange tijd heel onrustig geslapen. Ik bleef alert. Juist ’s nachts. Want in je slaap ben je op je kwetsbaarst.’
‘Goed, maar ik ben wel een ochtendmens: ik sta vroeg op en ben ook vroeg moe. Tijdens een van mijn missies moest ik, een half jaar lang, wisselende diensten draaien. Ook in de nacht. Ik heb toen menig dutje gedaan tijdens mijn nachtdienst bij de staf. Wakker blijven was gevaarlijker, zo redeneerde ik, want wie moe is maakt meer fouten. Ik besefte niet dat ik in mijn privéleven alsnog roofbouw pleegde op mijn lichaam. Want in de weekends kwam ik zogenaamd bij van het fysieke werk als militair, maar ik was vooral aan het feesten om toch de dopamine te krijgen waar mijn lijf zo aan gewend was. Toen ik na ruim dertien jaar afscheid nam van Defensie, bleef ik extreem veel sporten: zes keer per week, want ik was immers militair geweest.’
‘Mijn lichaam raakte opgebrand. Ik had nergens meer energie voor. Er moest iets gebeuren. Ik ging bewuster slapen, gezonder eten en minder sporten. Toen kwam ook de professionele interesse in slaap. Als veteraan ben ik ervaringsdeskundige. Ik weet hoe het is om om drie uur je bed uit te moeten en bij zonsopgang uit een vliegtuig te springen: het ideale tijdstip om de vijand te verrassen. En bij de krijgsgevangenentraining leerde ik hoe een mens kan breken door hem slaap, daglicht en beweging te ontzeggen. Dat laatste is iets wat veel mensen zichzelf vrijwillig aandoen, zonder te beseffen dat het een bron van stress is. Dat inzicht heeft ervoor gezorgd dat ik me helemaal heb verdiept in het fenomeen slaap.’
‘In mijn boek geef ik veel tips, maar er zijn drie gouden regels. De eerste is om een avondroutine te creëren. Daarmee geef je je hersenen een seintje dat ze mogen afschakelen. Verder is regelmaat heel belangrijk. Eten, naar bed gaan en weer opstaan, doe het zoveel mogelijk steeds rond dezelfde tijd. De laatste regel is regelmatig bewegen. Niet zwaar sporten, want dat zorgt juist voor adrenaline. Gewoon dertig minuten per dag wandelen of fietsen. Dat brengt het zenuwstelsel tot rust.’